Wie is wie van de Nederlandse Toneeljury: Dianne Zuidema
30 juni 2024
De Nederlandse Toneeljury: ieder jaar selecteert zij de tien (of elf, of twaalf) beste voorstellingen van het theaterseizoen. Geen sinecure, want er wordt in de Lage Landen fantastisch theater gemaakt. Toch lukt het ieder jaar. En krijgt de Toneeljury steevast lof, verbazing en kritiek over zich heen. Wie zit er eigenlijk in de Toneeljury? En wat is voor hen de noodzaak van theater? We vroegen het hen.
‘Ik geloof er echt in dat theater verandering kan teweegbrengen.’
Dianne Zuidema twijfelde geen seconde, toen haar dit seizoen werd gevraagd om toe te treden tot de Nederlandse Toneeljury. ‘Het is voor mij een mogelijkheid om echt met de inhoud bezig te zijn.’ Als kind sloeg de theatervonk al over bij Dianne Zuidema. ‘Ik weet nog dat ik een jaar of acht was en we met school naar een jeugdvoorstelling gingen die gebaseerd was op Jonas en de Walvis. Ik heb geen idee meer van welk gezelschap het was, maar ik weet nog heel goed hoe ze met grote wapperende doeken de zee verbeeldden, en ik daar helemaal in meeging. Ik stelde geen vragen, voor mij was het helemaal echt.’
Dus ging ze op de middelbare school zelf ook bij een toneelclubje, al was een plek op het podium nooit echt iets voor haar. ‘Ik vond het heel leuk, maar was altijd superzenuwachtig als ik moest optreden, De regisseur zag dat ook, dus maakte me al snel verantwoordelijk voor allerlei organisatorisch regeldingen.’
Dat was goed gezien: Zuidema rolde vanuit haar fascinatie voor theater al vrij snel door naar allerlei plekken áchter de schermen. Ze studeerde Theater, Film & Televisiewetenschappen in Utrecht en Performing Arts Management in New York. Ze was zakelijk leider bij Springdance en directeur bij onder meer Oerol, DeBalie en de Stadsschouwburg Amsterdam. Inmiddels is ze al bijna twee jaar directeur van de Schouwburg Amstelveen.
Zuidema houdt van de ‘achterkant’ van het theater: alles wat er om de voorstelling heen gebeurt. ‘Ik ben heel erg gefascineerd door de impact die theater kan hebben. Ik geloof er echt in dat theater verandering kan teweegbrengen. Theater reikt verder dan alleen maar de voorstellingsavond.’ Ambities om ooit weer op het podium zelf te staan heeft ze ab-so-luut niet. ‘Ik geloof niet dat ik daar iemand een plezier mee doe. En mezelf al helemaal niet.’
‘Iedereen is ontzettend aardig naar elkaar. Ik hoop komend seizoen op wat meer vurige discussies.’
Als jurylid kijkt ze niet alleen naar de voorstelling als geheel, maar is ze ook alert op de individuele acteerprestaties van de spelers op het podium. Dat vraagt net een ‘andere manier van kijken’, legt Zuidema uit. ‘Daarnaast ben ik altijd op zoek naar wat een voorstelling in beweging brengt. Dat kan ontroering of vervoering zijn, een nieuwe gedachte of een totaal andere kijk op dingen.’ Belangrijk vindt ze dat een voorstelling haar raakt. ‘Dat kan op rationeel of emotioneel niveau, dat wisselt en daar heb ik geen voorkeur voor. Maar een voorstelling moet me in ieder geval niet onbewogen laten.’
Haar eerste seizoen in de jury beviel goed, maar ze heeft wel een voornemen: het mag er in de vergaderingen soms ook best minder vriendelijk aan toe gaan. ‘Iedereen is ontzettend aardig naar elkaar. Ik hoop komend seizoen op wat meer vurige discussies.’ Niettemin ervaart ze het jurylidmaatschap als leerzaam en waardevol. ‘Je moet als jurylid in de vergaderingen steeds goed onder woorden brengen wat je ziet. Bovendien moet je ervoor zorgen dat je steeds op de hoogte blijft van het hele veld.’
Ze is zich ook bewust van gidsfunctie die de selectie van de jury heeft. Zelf heeft ze zich daar in het verleiden ook door laten leiden: theatermaker Julian Hetzel – die nu in de juryselectie zit met de voorstelling Mount Average – kende ze omdat zijn vorige voorstelling All Inclusive destijds óók door de toneeljury was geselecteerd. ‘Die voorstelling had ik toen niet gezien, maar toen ik zag dat hij een nieuwe voorstelling gemaakt had, wist ik dat het een belangrijke maker was waar ik naartoe moest gaan.’
Bovenal heeft ze na dit coronajaar vooral ontzettend veel respect voor alle theatermakers. ‘Het moet regelmatig ontzettend vermoeiend of demotiverend zijn geweest als theatermaker. Petje af voor iedereen die is doorgegaan, die ideeën is blijven genereren en vormgeven, die is blijven schakelen en bijstellen en waardoor we nu weer kunnen uitkijken naar een mooi nieuw seizoen.’